5563

Project CAMPUS LEDEGANCK

renovatie kantoren, labo's, prakica, ...

  • Periode

    2009 - ...

  • Categorieën
  • Aannemer

    Vandenbussche (laagbouw) / CEI-Demeyer nv (hoogbouw)

  • Architect

    Abscis Architecten bvba

  • Bouwheer

    UGent

  • Gemeente

    GENT

  • Bouwkost

    40.000.000 €

  • Oppervlakte

    23.000 m²

  • Detailfiche

Voorafgaande geschiedenis: het eerste na-oorlogse hoogbouwproject van de RUG werd tussen 1959 en 1961 gerealiseerd. Architect en professor Jules Trenteseau ontwierp het gebouw voor de kandidaturen in de wetenschappen. De centrale hoogbouw telt 11 verdiepingen. In een eerste fase werd parallel met de Ledeganckstraat een gebouw voor de Biochemie opgetrokken: 5 verdiepingen hoog, 28 meter lang en 13 meter breed. In een tweede fase was het de beurt aan de hoogbouw. De toren is loodrecht op de Ledeganckstraat ingeplant en bevat labos's en practicumzalen. Tussen beide gebouwen in bevinden zich 2 auditoria voor studenten. Tot slot werd in 1966 voor de laatste fase van het project het pittoreske Botanisch Instituut gesloopt voor een nieuwbouw voor de kandidatuurstudenten.

De toren maakt deel uit van een totaalrenovatie van het complex Ledeganck dat is onderverdeeld in 5 fases (eerste fase betreft de renovatie van de laagbouw, tweede tot vijfde fase de renovatie van de toren). Zowel de laag- als hoogbouw worden volledig gestript tot op de ruwbouw en de lokalen worden volledig heringericht om te voldoen aan de huidige eisen. De veertien verdiepingen hoge toren wordt volledig gestript tot op de ruwbouw. Asbest wordt verwijderd, plafonds en vloeren uitgebroken en de installaties en meubilair weggehaald. De huidige glazen gevel van de laagbouw blijft behouden.

De gevel word volledig heraangekleed met een glasmozaïek. De gevel zal één groot vlak vormen van verschillende glasmodules van 90 op 90 cm en 90 op 40 cm, waaronder een aantal glasplaten een groene tint hebben gekregen die willekeurig in de gevel worden opgenomen. Om de variatie nog meer te visualiseren, wordt er gebruik gemaakt van drie soorten glas: helder, licht en donker glas.
Ondanks het feit dat dit een willekeurige indruk zal geven van op straat, zijn alle glazen platen wel degelijk op een logische manier geplaatst. Voor elke kolom, vloer en koker is een geëmailleerd paneel voorzien. Alle ruimten hebben grote ramen van minimum 4 helder glasmodules met zicht op de stad.

Alle circulatiezones (trappen, liften, technische kokers, ...) werd in dit project aangepakt. Het gebouw werd volledig gestript tot op de ruwbouw en aangepast aan de hedendaagse voorschriften.
Verder werd ook de volledige buitengevel aangepakt. Bijzonder hierbij was dat in het kader van de uitvoerbaarheid van de werken onderzocht werd of de overkragende dakluifel de hangbruggen voor de gevelmontage konden dragen.